Sluishuis boven de Giessen

Rond 1281 werd de Giessen afgedamd. De dam werd voorzien van een duiker, die kon worden afgesloten met een schuif. Op deze manier kon het waterpeil in de Giessen gereguleerd worden. Verder werd er een keersluis gebouwd bij Giessendam. Schepen moesten er keren en konden vanaf de Merwede niet meer op de Giessen komen. De vracht moest hier worden overgeladen op kleinere scheepjes die dan de Giessen op voeren.

Kort na 1900 veranderde dit. De keersluis op de grens tussen het vroegere Giessendam (noordzijde) en Neder-Hardinxveld (zuidzijde) werd een schutsluis en in november 1902 kon het schutten beginnen. Ter herinnering aan de bouw van de sluis werd in het westelijke buitensluishoofd een grote stichtingssteen aangebracht. Daarop zijn, naast het jaartal 1902, ook de namen van de toenmalige bestuursleden van waterschap De Overwaard vermeld. De steen is in de loop der tijd – doordat deze vaak onder water zat – onleesbaar geworden.

Aan de binnenzijde van de sluis stond over het water een huis: het sluishuis. Het wordt in 1627 voor het eerst in een stuk genoemd: ‘’t gemeenelantshuijs van de Overwaert wort in huer bewoont by Henrick van Olmen Schout, is getaxeert op 12 gulden.” (huur per jaar).

In 1727 wordt Leendert van Tetterode aangesteld en beëdigd als sluismeester. Als schout woonde hij toen al in het sluishuis.  Enkele jaren later schrijft men: “Het Gemeenelands-Huijs van den Overwaard staande op de Sluijs word bewoond door den Schout Leendert van Tetteroode in qualiteit als sluijsmeester, zonder eenige huurpenn. daarvoor te betaalen; mits is hij gehouden op last van de Heeren van den Overwaard, om de sluijs te bezorgen, dat die geopent werd wanneer daar water ingelaten werden; De huijsinge als werden door den sluijsmeester precario bewoond gebragt voor …. Memorie (de huure getaxeert op 40 gulden)”.

Tien jaar later, in 1740 verkoopt de Overwaard het huis aan de schout. Van Tetteroode betaalt 400 gulden.  Het waterschap houdt het recht van naasting (terugvordering d.m.v. koop). Ook willen ze in het huis vergaderingen blijven houden.

In 1830 blijkt het huis van Dirk Janzen te zijn. Hij was de heer van Hardinxveld en woonde in Utrecht. Wanneer hij het huis terug verkocht aan de Overwaard is nog niet bekend, maar in 1924 valt het besluit om het huis af te breken. Het is dan weer eigendom van het waterschap en werd bewoond door sluismeester C. den Breejen en zijn gezin. Vrouw Den Breejen had er een manufacturenwinkeltje. Nadat het gezin verhuisd was naar een tijdelijke houten  woning, werd het pand in 1925 voor 150 gulden gesloopt. Jarenlang woonde hier overigens ook Arie Teunis van der Vlies. Hij had een tapperijtje en een kruidenierswinkeltje.

Voor meer info over de sluis en de Dam in Giessendam: “Zevenhonderd jaar “Dam”, uitgegeven door de Historische vereniging Hardinxveld-Giessendam in augustus 1981.

dorp giessendam
Eerste kadastrale kaart, waarop het huis boven de Giessen duidelijk te zien is. Het was toen eigendom van de Heer van Hardinxveld, Dirk Janzen. 
DSC04416
Tekening van het Huijs van de Overwaard. Bron: Zevenhonderd jaar ‘Dam”. 

subsidie voor bouw schutsluis 1901

groeten uit giessendam
Links: kijkje op de Dam, het sluishuis stond naast de pastorie. In het rechter plaatje is het beter te zien. 

Plaats een reactie